KDC Collecties A-Z

Datum lijst aangemaakt : 2022-01-01

Digitale ontsluiting inventarissen of plaatsingslijsten KDC archieven
Regelmatig wordt er een inventaris of plaatsingslijst digitaal gepubliceerd. Via een link in de alfabetische- of systematischelijst gaat u naar de inhoudelijke beschrijving (inventaris/plaatsingslijst) van het archief.
De nog niet digitaal gepubliceerde inventarissen/plaatsingslijsten zijn toegankelijk via een computer in de studiezaal van het KDC

Archieven waarbij de mededeling toestemming aanvragen is opgenomen, vereisen speciale toestemming voor raadpleging van de archiefeigenaar. Toestemming wordt door de archivaris van het KDC aangevraagd bij de eigenaar van het archief. Deze zal een afweging maken over inzage en de eventuele voorwaarden bepalen waaronder het archief mag worden ingezien. Zodra de toestemming is verkregen wordt u door de archivaris van het KDC op de hoogte gesteld. Het aanvragen van toestemming voor raadpleging kan ± 10 werkdagen in beslag nemen. Voor de archieven waarvoor geen speciale toestemming noodzakelijk is wordt toestemming verleend door de archivaris van het KDC.

Toestemming voor inzage kunt u aanvragen met dit formulier.

Archieven - A -

Aantal archieven : 50
Archief naamPeriodeBeschrijvingToestemming
nodig?
Plaatsings
Lijst
AfkortingLaatste Mutatie
Ariëns, A.A.
(Info)

Professor aan het groot-seminarie Dijnselburg te Huis ter Heide; nationaal geestelijk adviseur van de Nederlandse RK Middenstandsbond en de Katholieke Filmactie

1927-1970  ARIA.pdfARIA2020-05-13
Agt, A.A.M. van (Dries)
(Info)

Biografische schets. Dries van Agt werd op 2 februari 1931 geboren in het Brabantse dorp Geldrop. Na het gymnasium in Eindhoven ging Van Agt in 1949 rechten studeren aan de Katholieke Universiteit in Nijmegen. Tijdens zijn studie werd Van Agt bestuurslid bij studentenvereniging Carolus Magnus, waar hij zijn latere partijgenoot en collega-minister Fons van der Stee leerde kennen. Na cum laude af te studeren in het privaatrecht en een korte periode bij een advocatenkantoor werd Van Agt in 1958 wetgevingsjurist, eerst bij het ministerie van Landbouw, daarna bij het ministerie van Justitie. In 1968 besloot Van Agt de ambtenarij te verlaten. Hij ging terug naar de Katholieke Universiteit om wetenschappelijk medewerker te worden onder hoogleraar strafrecht en rechtsfilosofie Dick van Eck. Van Eck kwam echter al kort na Van Agts benoeming te overlijden aan een hartaanval, waarna Van Agt hoogleraar strafrecht werd. In zijn tijd als hoogleraar kwam een nieuwe uitdaging op zijn pad: Van der Stee vroeg aan Van Agt of deze zich wilde inzetten voor de Katholieke Volkspartij (KVP), waar Van der Stee recent partijvoorzitter was geworden. Van Agt werd in 1969 voorzitter van het Centrum voor Staatkundige Vorming, de denktank van de KVP, waarvoor hij aan het nieuwe verkiezingsprogram werkte. Zijn politieke carrière kwam daarna in een stroomversnelling: na twee jaar werd Van Agt benoemd tot minister van Justitie in het kabinet-Biesheuvel I. Dit kabinet was geen lang leven beschoren, maar behandelde een lastige kwestie: drie oorlogsmisdadigers in Nederlandse hechtenis, de Drie van Breda, zouden mogelijk worden vrijgelaten. Van Agt sprak zich uit voor vrijlating, waarmee hij in de pers kwam door een ongelukkige verwoording: “met een voorstel tot vrijlating zal ik het moeilijker krijgen dan mijn voorganger. Ten eerste ben ik een ariër, wat mijn voorganger niet was, en ten tweede een veel jongere, die de oorlog weinig bewust heeft meegemaakt.” Van Agt kreeg veel kritiek na deze opmerking wegens zijn woordkeuze, waarvoor hij later zijn excuses had aangeboden. In 1972 kwam het verzoek tot gratieverlening in de Tweede Kamer, waar het na een hevig debat werd afgewezen. Na de val van kabinet-Biesheuvel I en het daaropvolgende rompkabinet Biesheuvel II werd Van Agt in 1973 naast minister van Justitie tevens vicepremier in het linkse kabinet-Den Uyl. Kenmerkend voor het kabinet waren de spanningen tussen de Partij van de Arbeid (PvdA), Politieke Partij Radicalen (PPR) en Democraten '66 (D'66) enerzijds en de KVP en de Antirevolutionaire Partij (ARP) anderzijds. Hoewel de KVP en de ARP ook vonden dat de overheid een actieve rol moest spelen in de samenleving, waren ze hier pragmatischer in dan de drie progressieve partijen, die graag duidelijk maakten waar ze voor stonden. De verhouding tussen vicepremier Van Agt en premier Joop den Uyl (PvdA) was daarbij ook geen goede: ze spraken elkaar niet veel, en van een wekelijks overleg is het nooit gekomen. Een terugkerend thema was de onenigheid over het abortusbeleid. Op papier was abortus in de jaren '70 nog altijd verboden, maar in de praktijk nam het aantal abortussen toe, doordat artsen abortussen bij “medische indicatie” mochten uitvoeren, wat ruim werd geïnterpreteerd. Van Agt wilde duidelijkheid omtrent de omstandigheden waarin abortus plaats mocht vinden, in plaats van het toen geldende gedoogbeleid. De drie progressieve partijen hadden al hun eigen wetsvoorstel, waarnaast nog een voorstel van KVP en de ARP in zou worden gediend, waarbij een van beide voorstellen het nieuwe abortusbeleid zou vormen. Voor dat er een duidelijk voorstel lag kwam de Bloemenhove abortuskliniek te Heemstede te sprake: het OM had in opdracht van Van Agt de kliniek gesommeerd haar werkzaamheden te staken. De PvdA was woedend om het besluit en uiteindelijk kwam het niet tot een sluiting. Een onafhankelijke rechter zou bepalen of er in de Bloemenhovekliniek juist werd gehandeld. Van Agts handelen in deze kwestie werd onderwerp van een debat, waarin hij geroemd werd om zijn optreden: geen enkele motie tegen hem haalde een meerderheid. In dit debat riep Van Agt op tot een “ethisch reveil”, waarbij het verzet tegen abortus vanuit de samenleving diende te komen, niet alleen vanuit de politiek. In 1976 kwamen de PvdA en de liberale Volkspartij voor Vrijheid en Democratie (VVD) met een nieuw voorstel voor de legalisering van abortus, dat door een meerderheid van de Tweede Kamer werd aangenomen, maar dat Van Agt weigerde te ondertekenen. Even leek het erop dat Van Agt zijn functie neer moest leggen, maar hij gaf toe en ondertekende het voorstel, dat het uiteindelijk niet haalde in de Eerste Kamer doordat meerdere VVD'ers tegen stemden. Bij de verkiezingen van 1977 doet de KVP voor het eerst mee met een gezamenlijke lijst in combinatie met de protestantse ARP en Christelijk-Historische Unie (CHU), het Christen-Democratisch Appèl (CDA), met Van Agt als lijsttrekker. De PvdA won 10 zetels en kreeg de formatieopdracht, maar slaagde er niet in om een PvdA-CDA-D'66-kabinet te formeren, waarna er een CDA-VVD-kabinet, Van Agt I, werd gevormd. Dit kabinet ging meteen aan de slag met een nieuw wetsvoorstel voor de legalisering van abortus, dat op 18 december 1980 door de Tweede Kamer werd aangenomen. Het wetsvoorstel stond abortus toe, maar pas na een wachtperiode van vijf dagen en binnen een bepaalde periode van de zwangerschap. Van Agts ethisch reveil moest plaatsmaken voor de definitieve legalisering van abortus. Kabinet-Van Agt I kreeg echter ook te maken met een verder verslechterende economie. Het begrotingstekort nam toe en de werkloosheid daalde. Het kabinet lanceerde daarom op 30 juni 1978 de beleidsnota Bestek '81 op, waarin als doel werd gesteld om 10 miljard te bezuinigen, waarvan ongeveer de helft op sociale zekerheid. Minister van Financiën Frans Andriessen werd zowel binnen het kabinet als door de CDA-fractie niet gesteund. Andriessen stapte in 1980 om deze reden op. Door de verkiezingen van 1981 hadden het CDA en de VVD geen meerderheid meer, waarna na een moeizame formatie Van Agt II een PvdA-CDA-D'66-kabinet werd, met Den Uyl als vicepremier onder Van Agt. Dit kabinet was geen lang leven beschoren: het begrotingstekort nam verder toe, evenals de werkloosheid, en het CDA en de PvdA kwamen niet tot een eenduidige oplossing, waarna Van Agt II al na 7 maanden in mei 1982 viel doordat de PvdA-bewindslieden hun posten opgaven. Het rompkabinet Van Agt III werd opgericht, bestaande uit CDA en D'66, om voor datzelfde jaar nieuwe verkiezingen uit te schrijven. Na de verkiezingen was het echter niet Van Agt, maar CDA-fractievoorzitter Lubbers die de kabinetsformatie leidde. Vanuit het CDA waren de meningen verdeeld over de geschiktheid van Lubbers, maar Van Agt had er genoeg van na 6 jaar premierschap en liet het Binnenhof achter zich om Commissaris van de Koningin in Noord-Brabant te worden. Hierna is Van Agt nog ambassadeur van de Europese Gemeenschap geweest, eerst in Tokio, daarna in Washington, maar zijn politieke carrière was voorbij. Profielschets Aan het begin van zijn carrière zag Van Agt zichzelf als progressief, maar tijdens zijn ministerschap tijdens kabinet-Den Uyl groeide hij uit tot een conservatief icoon door zijn verzet tegen de legalisering van abortus en de daarmee gepaard gaande oproep tot een “ethisch reveil”, een terugkeer naar de christelijke ethiek. In de praktijk was Van Agt vooral een pragmaticus, die ook oog had voor andere standpunten dan de zijne. Na zijn premierschap zette Van Agt zich in voor de Palestijnse zaak. Kalle Ketels. Dries Van Agt. In: ODIS. Maart 2017 http://www.odis.be/lnk/PS_133114

1936-2008 JaAGT.pdfAGT2021-11-02
Aartsbisdom Jakarta
(Info)

Nadat in 1806 in Ned. Indië de godsdienstvrijheid was afgekondigd, werd op 8 mei 1807 de apostolische prefectuur van Nederlands Oost-Indië opgericht. In 1826 werd Batavia aangewezen als het bestuurlijk centrum van de missie in Ned. Indië en werd vastgelegd dat de prefectuur heel dit gebied zou omvatten (behalve Flores dat toen nog ten dele Portugees bezit was). Op 20 september 1842 werd de prefectuur tot apostolisch vicariaat van Batavia verheven. Tot aan het begin van de 20e eeuw bestuurde de apostolisch prefect, later vicaris, de missionaire activiteiten in de gehele Indonesische archipel. Sinds 1893 werd het vicariaat bediend door Jezuïeten. Tussen 1900 en 1940 werd het apostolisch vicariaat steeds kleiner omdat er apostolische prefecturen en vicariaten van werden afgescheiden. Rond 1940 omvatte het vicariaat Batavia alleen nog delen van Midden-Java. De apostolisch vicaris behield echter zijn coӧrdinerende rol omdat hij in de hoofdstad Batavia/Jakarta woonde. In 1961 kreeg Indonesië een eigen bisschoppelijke hiërarchie en werd Jakarta een aartsbisdom.

1774-1969, (1976-1977)Stukken betreffende het kerkelijk bestuur, missie(zaken) en de verschillende missiegebieden, personeel, onderwijs, katholieke organisaties en instellingen, kerkelijke en maatschappelijke vraagstukken, missieordes, financiën alsmede een aantal dagverhalen en preken van apostolisch prefekt J.H. Scholten (1797-1865); reis- en volkerenbeschrijvingen. Het archief van het aartsbisdom Jakarta (voorheen Apostolische Prefectuur Batavia en Vikariat Apostolik Jakarta geheten) beslaat vooral de jaren 1807-1955 en bevat gedeponeerde archiefstukken. De stukken tussen 1808 en 1900 bevatten onder andere materiaal over missieposten en kazernes. Daar werden doop- en huwelijksregisters bijgehouden, die een bron kunnen vormen voor genealogisch onderzoek.JaAJAK.pdfAJAK2021-10-22
Aartsbroederschap van de H. Familie in de Sint Jozefkerk - 's-Hertogenbosch
(Info)

De Aartsbroederschap van de H. Familie in de Sint Jozefkerk te 's Hertogenbosch werd opgericht op 21 januari 1856 door pater Koemans, rector van de Sint Jozefkerk, met verlof van Mgr. J. Zwijsen, Apostolisch Administrator van het Bisdom 's Hertogenbosch. Ongeveer twee weken na de officiële oprichting sloot de broederschap zich aan bij de H. Familie te Luik (België) de bakermat van de Aartsbroederschap. De Aartsbroederschap was daar gesticht in 1844 door kapitein Henri Belletable (1813-1855). Zie ook het KDC-archief over H.H. Belletable. Onder leiding van de Redemptoristen kwam de broederschap tot hoge bloei, en telde 600-10.000 leden. Men hield trouw tridua en retraites, bedevaarten, aanbiddingen enz. De Aartsbroederschap drukte een stempel op het parochieleven van de Sint Jozefkerk te 's Hertogenbosch.

1856-1949Het archief bevat o.a. stukken over jubilea en feestvieringen, bijeenkomsten en vergaderingen, activiteiten (waaronder bedevaarten en retraites), en financiën alsmede brieven, namenlijsten van de directeuren en artikelen over (leden van) de H. Familie AHFH.pdfAHFH2021-05-17
Aartsbroederschap van de Heilige Familie
(Info)

In 1844 werd in Luik de Broederschap van de Heilige Familie gesticht door Henri Belletable. De officiële oprichting vond plaats in 1845 door de Luikse bisschop Van Bommel. Het was een lekenorganisatie binnen de Rooms Katholieke kerk die vooral werklieden organiseerde. Doel was de Heilige Familie (Jezus, Maria, Jozef) te vereren ter bevordering van een religieus en harmonieus gezinsleven. In 1847 werd de broederschap verheven tot Aartsbroederschap. Hoewel de Aartsbroederschap niet aan een orde of congregatie was verbonden, werd zij in feite beheerd door de Redemptoristen (zie hiervoor het betreffende archief, gedeponeerd bij het Ergoedcentrum Nederlands Kloosterleven te Sint Agatha). Vanaf 1851 werden er in veel parochies afdelingen opgericht. Het Algemeen Secretariaat was sinds 1931 gevestigd in ’s-Hertogenbosch. Vanaf de jaren vijftig nam de activiteit sterk af. In 1964 werd het landelijk secretariaat gesloten, en het Familieblad hield in 1969 op te bestaan.

1838-1972Het archief bevat stukken van verschillende plaatselijke afdelingen, met name ’s-Hertogenbosch, Amsterdam en Rotterdam: verslagen van vergaderingen, stukken over financiën, jubilea, retraites en bedevaarten, alsmede feestprogramma’s, ledenregisters, handboekjes, krantenartikelen, reglementen, presentielijsten, brieven en foto’s. Stukken met betrekking tot het functioneren van het algemeen secretariaat ontbreken. AHF.pdfAHF2021-02-03
Aartsdiocesane Katholieke Middenstandsbond
(Info)

De Aartsdiocesane Katholieke Middenstandsbond werd in 1908 opgericht als De Hanze, bond van RK verenigingen van handeldrijvende en industriële middenstand in het Aartsbisdom Utrecht. De Aartsdiocesane Bond speelde een grote rol bij het oprichten van katholieke vakorganisaties of z.g. vakgilden van molenaars, bakkers, kruideniers en ambachtslieden die aanvankelijk onderdeel van de diocesane bond waren. In 1915 werd de Nederlandse Rooms-Katholieke Middenstandsorganisatie NRKM, opgericht als een federatie van de Diocesane bonden. De NRKM werd in 1942 geliquideerd. Na de oorlog werd de NRKM als snel weer opgericht, waarbij de diocesane bonden vooral als ‘onderafdelingen’ fungeerden. In 1965 werd de statuten van de bond gewijzigd en de naam werd Nederlands Katholiek Ondernemers Verbond (NKOV). Leden waren niet langer de diocesane bonden, maar individuele ondernemers rechtstreeks. Daarmee verloor de AKMB aan betekenis. Met de fusie van NKOV en Koninklijk Nederlands Ondernemersverbond in 1976 werd de AKMB hoogstwaarschijnlijk opgeheven.

1920-1978Stukken over de middenstand, sociale en politieke onderwerpen m.b.t. de middenstand, vergaderingen van verschillende besturen, financiën, statuten, de provinciale en plaatselijke afdelingen, cursussen en kadervorming, vakorganisaties en bedrijfstakken, congressen en studiedagen, opleidingen, correspondentie, emigratie, alsmede stukken van en over organisaties en verenigingen waarmee de Bond kontakten onderhield, de Interdiocesane Katholieke Middenstands Bond, de Nederlandse Rooms-Katholieke Middenstandsorganisatie, hetNederlandse Katholieke Ondernemers Verbond en de Katholieke Nederlandse Middenstands Bond. AKMB.pdfAKMB2021-10-26
Aartsvereniging der Eeuwigdurende Aanbidding en van het Liefdewerk der Arme Kerken
(Info)

In 1843 nam een adellijke dame in Brussel, Anna de Meeus, het initiatief om arme kerken, vooral in het diocees Mechelen, te ondersteunen. In 1848 ontstonden hieruit een lekenbroederschap en een zustercongregatie. De Vereniging van de Eeuwigdurende Aanbidding en tot steun aan de arme kerken breidde zich internationaal snel uit In 1859 werd in Rotterdam de eerste Nederlandse afdeling opgericht. Naast de verering van het Allerheiligste Sacrament was de versiering van de ‘arme kerken’ de voornaamste doelstelling. De vereniging telde in 1958 ruim 600 afdelingen verspreid over de hele wereld, waarvan 33 in Nederland.

1859-1971Jaarverslagen, naamlijsten van leden en besturen, brieven, kasboeken, stukken over paramenten, registers van parochies en missies die paramenten ontvingen en stukken over de geschiedenis. AEA.pdfAEA2020-10-31
Academische Leken Missie Actie
(Info)

De Academische Leken Missie Actie (ALMA) was een van de leken-missie-organisaties in Nederland die tot doel hadden de missie en het ontwikkelingswerk in de missielanden te steunen. Artsen werden uitgezonden naar de missiegebieden om daar onder leiding van de plaatselijke kerkelijke hiërarchie lekenapostolaat te beoefenen. De ALMA werd opgericht op 29 mei 1947 te Utrecht door een groep medische studenten. Vanaf het begin waren er contacten met MEMISA, dat de ALMA ook financieel steunde, maar deze subsidiëring in 1967 staakte. De ALMA werd opgeheven en haar taken werden overgenomen door de Kommissie voor ontwikkelingssamenwerking van de Unie van Katholieke Studenten in Nederland (UKSN).

1946-1982Stukken over projecten, activiteiten en aandachtsgebieden van de ALMA zoals missie en ontwikkelingshulp, over activiteiten van en contacten met verwante organisaties, over financiën, over congressen, alsmede verslagen van vergaderingen, correspondentie, ledenlijsten en documentatie. ALMA.pdfALMA2020-11-30
Aktiegroep Wereldkerk1968-1972  AW.pdfAW2020-10-18
Actioma, Instituut voor activering, innovatie, onderzoek
(Info)

Actioma werd opgericht in 2000 als voortzetting van de Katholieke Landelijke Vereniging voor Maatschappelijke Activering (KLVMA, 1982). De KLVMA was zelf weer de opvolger achtereenvolgens het Landelijk Sociaal Charitatief Centrum (LSCC 1950), het Katholieke Landelijk Centrum voor Maatschappelijke Dienstverlening (KLCMD, 1967) en het Katholiek Landelijk Centrum voor Maatschappelijke Ontwikkeling (KLCMO, 1974). Het instituut, voortgekomen uit de katholieke sociaal-caritatieve zorg, is een organisatie gericht op de maatschappelijke activering van vrijwilligers uit met name levensbeschouwelijke kring. Het onderzoekt maatschappelijke ontwikkelingen en ontwikkelt projecten in het veld van maatschappelijke activering.

1942-2007Het archief betreft zowel dat van het KLCMD, het KLCMO, de KLVMA als van Actioma, en stukken van de samenwerkingsorganisatie SOM: Stukken over activiteiten, beleid, activeringswerk, projecten en programma’s, over de voorgeschiedenis (LSCC), studiedagen en congressen, financiën en fondsen, stukken voor en verslagen van vergaderingen van besturen en commissies van zowel Actioma en voorgangers, alsmede correspondentie en brieven, discussiestukken, onderzoeksverslagen en jaarverslagen. ACTI.pdfACTI2021-08-20
Administratief Komité Politeia
(Info)

Het Administratief Komité Politeia werd in de jaren veertig van de vorige eeuw opgericht in Amsterdam als democratisch-socialistische studentenvereniging. Later werden afdelingen opgericht in Utrecht, Leiden, Delft, Rotterdam en Nijmegen (1964). Het was een politieke debatingclub en platform voor scholing op het gebied van socialisme, marxisme en vakbeweging en discussie over linkse onderwerpen. Het verzorgde scholingscursussen tot in de jaren zeventig. In 1980 werd Politeia als gevolg van afnemende belangstelling opgeheven.

1946-1980Stukken en documentatie van en over Politeia en andere organisaties, over activiteiten, discussiedagen en -bijeenkomsten; financiën; discussiestukken alsmede scholingsmateriaal en –cursussen, verhandelingen over politieke onderwerpen, onderwijs, universiteit en boeken; brieven en correspondentie; deelnemerslijsten; notulen en verslagen van vergaderingen en werkgroepen. Het archief betreft vermoedelijk de in 1964 opgerichte Nijmeegse afdeling. POLI.pdfPOLI2021-01-06
Agogisch-Theologische Opleiding van de Katholieke Theologische Universiteit Utrecht
(Info)

De ATO was de opleiding op hbo-niveau voor pastoraal werk van de Katholieke Theologische Hogeschool Utrecht (waarbij voor de kandidaten een priesterwijding niet werd uitgesloten). De Kath. Theologische Hogeschool Utrecht, in 1967 opgericht, legde een sterk accent op het wetenschappelijk karakter van de opleiding. Daardoor werd het ontbreken van een pastorale opleiding op hbo-niveau snel ervaren als een gemis. De oplossing werd gezocht en gevonden in een samenwerking met de sociale academie De Horst te Driebergen. Aan deze academie werd een cursus Bijbels Theologische Vorming (BTV) gegeven ter voorbereiding op een voortgezette theologische scholing. De gehele hbo-opleiding werd de Agogisch Theologische Opleiding (ATO) genoemd. De ATO was uitdrukkelijk bedoeld als opleiding voor pastoraal werk. De bisschoppen van Utrecht en Groningen erkenden de ATO ook als zodanig. In de loop der jaren kregen zij echter steeds meer problemen met de kerk- en maatschappijkritische houding van de ATO. Uiteindelijk besloten zij in 1982 de ATO niet langer te erkennen voor het kerkelijke examen en startten in 1984 zelf een priesteropleiding op hbo-niveau.

1969-1985Vergaderstukken van de bestuursorganen van de ATO, van de Docentenvergadering, Studentenberaad en plenaire vergadering en van diverse commissies. Daarnaast zijn opgenomen correspondentie, stukken betreffende het secretariaat, cursusmateriaal, informatie over stages en een kaartsysteem houdende adresgegevens van studenten (tot 1978). ATO.pdfATO2021-07-19
Aktie en Ontmoeting Oosterse Kerken
(Info)

Aktie en Ontmoeting Oosterse Kerken (AOK) kwam voort uit het in 1927 opgerichte Apostolaat der Hereeniging. In 1975 werd dit apostolaat hernoemd tot Apostolaat voor de Oosterse Kerken (AOK). In 1993 werd de naam gewijzigd in Aktie en Ontmoeting Oosterse Kerken. Het AOK werkte al die tijd aan eenheid met de orthodoxe kerken van het oosten. Het gaf bekendheid aan het oosters christendom door de Byzantijnse liturgie, die oosterse katholieken delen met orthodoxen, te vieren in katholieke parochies en door lezingen te houden en cursussen te geven. Ook bood het steun aan projecten van oosterse kerken in Oost-Europa, het Midden-Oosten en India. Op 1 jan. 2001 fuseerde Aktie en Ontmoeting Oosterse Kerken met de Sint Willibrord Vereniging tot de Katholieke Vereniging voor Oecumene Athanasius en Willibrord.

1926-2004Het archief bevat verslagen van en stukken betreffende bestuursvergaderingen (1975-2000), jaarverslagen en stukken over de financiën en het personeelsbeleid, en stukken van diverse commissies. Daarnaast stukken betreffende de publicaties van het AOK en haar activiteiten (studiedagen, cursussen en projecten in diverse landen). Verder bevat het archief personalia (1951-1971) en de schriftelijke neerslag van de contacten met andere organisaties en instanties, waaronder de correspondentie met de bisdommen (1954-1993) en de correspondentie met personen, alfabetisch gerangschikt. Er zijn plakboeken (1969-1984) en krantenknipsels, onder meer over Joden in diverse landen en over algemene Joodse zaken. Het merendeel van het materiaal stamt uit de periode ca. 1965-2000. Van vroegere datum zijn onder meer de stukken betreffende het hoofdbestuur (1926-1937), de verslagen van vergaderingen in 1926-1969 en het knipselalbum 25-jarig bestaan (1952).JaAOK.pdfAOK2020-08-22
Algemeen Comité van de Algemene Missie Actie Tentoonstelling1954-1964  AMAT.pdfAMAT2020-05-12
Algemeene Roomsch-Katholieke Propaganda Club te Amsterdam1904-1940  PCA.pdfPCA2021-11-23
Algemene Bond van Ambtenaren - afdeling Katholieke Universiteit Nijmegen1968-1976  ABAN.pdfABAN2020-05-12
Algemene Emigratie Centrale1952-1988Dit archief maakt samen met het archief van de Kath. Centrale Emigratie Stichting één fonds uit. AEC.pdfAEC2021-12-22
Alg. Kath. Kunstenaars-Vereniging
(Info)

De AKKV werd in 1920 opgericht als vereniging met een standsorganisatorisch karakter. Onder het hoofdbestuur ressorteerden de vakgroepen Bouwkunst (aanvankelijk: Architectuur), Beeldende Kunsten, Sierkunst, Toonkunst, Letterkunde en Toneelkunst. De laatste twee vakgroepen hebben nooit gefunctioneerd. In 1946 trad de Katholieke Vereniging van Architecten toe tot de groep Bouwkunst. In 1970 werd de vereniging gereorganiseerd en sliep zij in. In 1982 is de AKKV weer opgericht.

1911-2008Stukken van het hoofdbestuur, stukken van de vakgroep Bouwkunst (notulen, jaarverslagen, correspondentie). Archief J. van Dongen: stukken betreffende de redactie van #Van Bouwen en# #Sieren#, het #RK Bouwblad# en het #Bouwblad#, stukken en correspondentie van het bestuur van de vakgroep Bouwkunst en bestuurslid Van Dongen. Tegenwoordig Algemeen Kristelijk Kunstenaars Verbond geheten; het archief bevat ook stukken van J. van Dongen, bestuurslid van de vakgroep Bouwkunst. Het persoonlijk archief van Van Dongen berust op het Nederlands Architectuurinstituut (NAi) te Rotterdam. Van de inventaris hiervan is een exemplaar in het KDC aanwezig (sign.nr. KDC b 1835); de op 23 maart en 25 augustus 1998 en 28 februari 2000 ontvangen aanvullingen zijn nog niet verwerkt.JaAKKV.pdfAKKV2021-07-13
Algemene Katholieke Werkgeversvereniging
(Info)

De Algemeene (Roomsch-)Katholieke Werkgeversvereeniging (A(R)KWV) werd in 1915 opgericht als standsorganisaties. De A(R)KWV stelde zich als doel de verwezenlijking van de katholieke (sociale) begin-selen in het grootbedrijf te bevorderen. Behalve de ARKWV, als stands-organisatie, werden voor de behartiging van de werkgeversbelangen ook katholieke werkgeversvakverenigingen opgericht. Hieruit ontstond in 1919 het (Roomsch-)Katholiek Verbond van Werkgeversvakvereenigin-gen (RKVW). De secretaris van het AKWV was vanaf 1919 tevens direc-teur van het Katholiek Verbond was. Naderhand werd ook het voorzit-terschap van de organisaties verenigd in één persoon. Nadat in 1941 alle werkgeversorganisaties waren verboden, hieven de AKWV en het RKWV zichzelf op. In 1945 werden zij heropgericht. In 1955 werden de dagelijkse besturen samengevoegd. In 1961 fuseerden de AKWV en het RKVW tot Nederlands Katholiek Werkgevers Verbond (NKWV). In 1967 ging het NKWV een federatie aan met het Verbond van Protestants-Christelijke Werkgevers in Nederland (VPCW). In 1970 volgde de fusie in het Neder-lands Christelijk Werkgeversverbond (NCW).

1904-1971 (1985)Bevat ook de archieven van het Katholiek Verbond van Werkgeversvakverenigingen en het Nederlands Katholiek Werkgevers Verbond, alsmede archieven en archivalia van werkgeversverenigingen in de bisdommen en archieven en archivalia van kringenJaAKWV.pdfAKWV2021-08-12
Algemene RK Ambtenarenvereniging1919-1983  ARKA.pdfARKA2021-07-21
Algemene Vereniging Het Groene Kruis
(Info)

Vereniging op het gebied van zieken- en gezondheidszorg

1900-1988 JaAGK.pdfAGK2020-05-12
Apologetische Vereniging Petrus Canisius
(Info)

De Apologetische Vereniging Petrus Canisius werd opgericht in 1904 en was genoemd naar de Nederlandse jezuïet en prediker Petrus Canisius (1521-1597). De vereniging stelde zich als doel, het rooms-katholieke geloof te verbreiden en tegenover protestanten en andere niet-katholieken te verdedigen. Middelen daartoe waren onder meer het uitgeven van brochures en tijdschriften (met name Het Schild, 1919-1961), het plaatsen van advertenties en het verzorgen van voordrachten en conferenties. Onder het voorzitterschap van W. van Koeverden (1924-1932) legde de vereniging mede de basis voor de Katholieke Radio Omroep (KRO, 1926). Tussen 1936 en 1939 verscheen in opdracht van de vereniging een Nederlandse vertaling van de Bijbel uit de grondtalen, kortweg Canisiusvertaling genoemd. De vereniging werd m.i.v. 1948 met een gewijzigde, oecumenische doelstelling voortgezet als Sint Willibrordvereniging.

1904-1952Het archief bevat (jaar)verslagen, bestuursstukken en uiteenlopende stukken betreffende de werkzaamheden van de vereniging. De stukken bestrijken de hele bestaansperiode. AVPC.pdfAVPC2021-12-03
Apostolaat van de Rozenkrans1898-1971Voorheen Broederschap van de H. Rozenkrans geheten AVR.pdfAVR2020-05-12
Apostolaat van het Gebed1946-1998Het gehele archief berust bij de Jezuïeten in Nijmegen. Een plaatsingslijst van het gedeelte van het archief dat in het Archief van de Nederlandse Jezuïeten te Nijmegen berust, is te vinden in sleutelmap AV 22. ADG.pdfADG2020-01-06
Architectenbureau Margry[1865]-2004  MGRY.pdfMGRY2021-12-03
Andriessen, F.H.J.J.
(Info)

Politicus KVP en CDA, lid Provinciale Staten, Tweede Kamer, Eerste Kamer en Europese Commissie

1937-2009  ANDF.pdfANDF2021-08-12
Aukes, H.W.F.
(Info)

Hendrikus Wilhelmus Franciscus (Henk) Aukes (Haarlem, 1905 – Bolsward 1999) studeerde rechtshistorie en middeleeuwse geschiedenis aan de Katholieke Universiteit te Nijmegen. Daarna was hij secretaris van de eerste Katholieke Encyclopaedie en wetenschappelijk assistent aan de universiteitsbibliotheek te Nijmegen (1938-1944). In 1944-1945 was hij hoofd van de afdeling gesproken woord van radio Herrijzend Nederland te Eindhoven. Na de oorlog was hij hoofd van de afdeling Regionale Omroepen van de Nederlandse Radio Unie. In 1956 werd hij directeur van het Augustijnse vormingscentrum “Vinea Domini” te Witmarsum. Deze functie bekleedde hij tot zijn pensionering. Aukes stamde uit een katholiek Fries geslacht. Over de Friese rooms-katholieke families publiceerde hij ‘Katholieke Friese geslachten’ (1941). In 1956 publiceerde hij een biografie van kardinaal J. de Jong, in 1961 verscheen zijn standaardwerk ‘Het leven van Titus Brandsma’. Behalve deze werken schreef hij talloze brochures, tijdschrift- en krantenartikelen, waarvan enkele onder de pseudoniemen Gosse Dijkstra en H. Overmeer. Aukes heeft ook veel onderzoek gedaan naar zijn eigen voorouders en die van zijn echtgenote. Aukes was sinds 1947 getrouwd met Paula Maria Stockmann (Sneek 1918 – Sneek 1994).

1843-1998  AUKE.pdfAUKE2020-06-26
Alberdingk Thijm, J.A.
(Info)

Letterkundige; uitgever; hoogleraar aan de Rijksacademie voor Beeldende Kunsten

1583 -1972Het archief bevat ook archivalia van verwante personen en aanverwante families en personen. Het hele archief staat op microfilm. THYM.pdfTHYM2021-12-16
Adrichem, J.I.M. van
(Info)

J.I.M. van Adrichem, geboren in 1935, studeerde aan het groot-seminarie Warmond en werd in 1961 tot priester gewijd. Hij was tot 1968 werkzaam in Alphen aan den Rijn en daarna tot 1979 in Rotterdam-Oost (Alexanderstad/Capelle). Hierna was hij geestelijk verzorger in het revalidatiecentrum De Hoogstraat te Leersum. Vanaf 1992 was hij geestelijk verzorger bij Psychiatrisch Centrum Zon en Schild te Amersfoort. Hier nam hij in 1996 afscheid.

1939-2011Stukken over pastorale, godsdienstige en kerkelijke onderwerpen, over zijn activiteiten in verschillende parochies en later in het revalidatiecentrum te Leersum en het psychiatrisch centrum te Amersfoort, over cursussen, alsmede stukken en verslagen van pastorale bijeenkomsten, preken, liturgievieringen en –onderwerpen, lezingen, artikelen, verhandelingen, documentatie, brieven en correspondentie, dagboeken en seminariedictatenJaADRM.pdfADRM2021-02-14
Aalders, J.J.A.
(Info)

Johannes Josephus Antonius Aalders werd geboren in 1904 in Beltrum (gemeente Eibergen). Na zijn priesterwijding in 1927 werd hij kapelaan te Almelo, vervolgens in Blaricum, Doetinchem, Enschede en Bussum. Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd hij een jaar lang door de Duitsers gedetineerd. Na de oorlog was hij vanaf 1946 (bouw)pastoor te Lathum-Giesbeek, daarna nog in Arnhem en Saasveld. Hij overleed in 1983 in Lichtenvoorde.

1909-1982Lezingen, artikelen en verhandelingen van zijn hand over zijn eigen ervaringen als geestelijke en over de parochies waarin hij werkzaam was. Tevens verschillende door hem geschreven biografieën en in memoriams van geestelijken. Daarnaast documentatie over verschillende kerkelijke, religieuze en culturele onderwerpen, correspondentie met verschillende personen en stukken betreffende zijn reizen, alsmede preken, brieven, programma’s en plakboeken met knipsels. AALD.pdfAALD2020-10-20
Aarts, J.W.C.
(Info)

Josephus (Jos) Willibrordus Cornelis Aarts werd in 1904 te Bergeijk geboren. Hij studeerde letteren en wijsbegeerte in Nijmegen. Zijn hele leven was hij in hoofd- en nevenfuncties werkzaam in het onderwijs: als (hoofd)onderwijzer in Valkenswaard, Bergeijk en Eindhoven, als rijksinspecteur van het lager onderwijs in Tilburg, als docent pedagogiek in het voortgezet onderwijs, aan de opleiding voor gymnastiekleraren in Den Bosch en aan de pedagogiekopleiding van de Katholieke Leergangen. Hij nam ook het initiatief voor de oprichting van de Academie voor school- en beroepskeuze 'Mens-Arbeid' in 1967 in Tilburg. Hij was daarnaast lid van diverse verenigingen en commissies op pedagogisch terrein en redactielid van enkele tijdschriften. Hij schreef enkele didactische leerboeken en pedagogische beschouwingen. Hij stierf in 1989.

1905-1981De collectie bevat o.a. dagboeken, persoonsdocumenten, correspondentie, stukken betreffende zijn functies als onderwijzer, docent pedagogiek en onderwijsinspecteur, stukken over maatschappelijke onderwerpen, pedagogiek en (onderwijs)opleidingen, alsmede lezingen AART.pdfAART2020-11-16
Athanasius en Willibrord, Katholieke vereniging voor Oecumene
(Info)

De Katholieke Vereniging voor Oecumene is het resultaat van een fusie in 2001 van de Sint Willibrord Vereniging (SWV) en de Aktie en Ontmoeting Oosterse Kerken (AOK, voorheen Apostolaat der Hereniging geheten)

2001-Het archief is nog niet ontslotenJaKVOA.pdfKVOA2021-07-09
Apeliotes, Nijmeegse Studenten Hockey Club1987-1997 JaAPEL.pdfAPEL2021-11-15
Aalberse, P.J.M. (1871-1948)
(Info)

Petrus Josephus Mattheus Aalberse (1871-1948) volgde het gymnasium bij de jezuïeten te Katwijk a/d Rijn en studeerde Nederlands en Rechten in Leiden, waar hij in 1897 promoveerde. Hij was oprichter van het Katholiek Sociaal Weekblad (1901). Van 1899-1918 was hij lid van de Leidse gemeenteraad. In 1903 werd hij kamerlid voor de RKSP. Hij was van 1916-1918 hoogleraar aan de Technische Hogeschool te Delft. Van 1918-1925 was hij Minister van Arbeid. Als minister bracht hij verschillende belangrijke sociale wetten tot stand, alsmede de Hooge Raad van de Arbeid. Daarna volgde hij Nolens op als fractiesecretaris (1925) en -voorzitter (1931). In 1946 nam hij afscheid van de actieve politiek. Hij was toen lid van de Raad van State. Hij was initiatiefnemer van de Katholieke Sociale Actie en de jaarlijkse Sociale Weken, en bekleedde talrijke bestuurs- en adviseursfuncties. Hij overleed in 1948 te ’s-Gravenhage.

1886-1948Stukken, notulen, aantekeningen, artikelen, dagboeken, brieven en correspondentie, dictaten. redevoeringen, verhandelingen en documentatie in verband met zijn studententijd en alle sindsdien vervulde functies tijdens zijn juridische, politieke en sociale loopbaan. AALB.pdfAALB2021-11-11
Auwerda, R.A.F.M.
(Info)

Richard Arnoldus Franciscus Maria Auwerda (1925-1993) begon na zijn gymnasium-opleiding in 1947 zijn journalistieke loopbaan bij de Twentse Courant. In 1950 stapte hij over naar de Volkskrant als regionaal correspondent in Twente. Vijf jaar later stapte hij over naar de eindredactie. In de jaren zestig werd hij bovendien tot redacteur geestelijk leven. In 1984 ging hij vervroegd met pensioen. Auwerda was redactielid van verscheidene periodieken, waaronder Open Deur en Bijeen. Hij was onder andere lid van het pastoraal team van de Salvator-parochie in Amsterdam, gemeenteraadslid in Landsmeer en lid van een schoolbestuur in Landsmeer. Als kritische katholiek was Auwerda betrokken bij de Mariënburgvereniging en de Acht Mei-beweging.Auwerda schreef verscheidene boeken over contemporaine ontwikkelingen in het Nederlandse katholicisme. Auwerda was getrouwd met Miep Kamphuis (1925-1998).

1945-1998Het merendeel van het archief bestaat uit stukken gerelateerd aan zijn journalistieke werk en boekpublicaties: aantekeningen, concepten, drukproeven, correspondentie, knipsels. Voorts zijn er dossiers met stukken betreffende zijn verschillende kerkelijke en maatschappelijke activiteiten. Naast stukken van Auwerda zijn ook stukken van zijn echtgenote M. Auwerda-Kamphuis in het archief opgenomen AUWE.pdfAUWE2020-09-30
Archief voor de Geschiedenis van de Katholieke Kerk in Nederland1956-1995Het archief betreft de redactie.JaAGKK.pdfAGKK2020-12-30
Arnhem-Liemers Voortgezet Onderwijs, Schoolvereniging
(Info)

Op 15 mei 1920 werd de Provinciale Gelderse Vereniging voor RK Voorbereidend Hoger en Middelbaar Onderwijs te Arnhem opgericht. Deze vereniging startte in 1921 een RK HBS-opleiding te Arnhem, die in 1947 het Katholiek Gelders Lyceum werd genoemd. Tien jaar later richtte de vereniging het Thomas à Kempis College te Arnhem op. Vanuit dit college werd een dependance opgericht te Zevenaar die in 1969 zelfstandig verder ging onder de naam Liemers College. Deze drie scholen vormden de basis voor de in 1972 opgerichte ALVO (Arnhem-Liemers Voortgezet Onderwijs; in 1985 veranderd in: ALVO, Vereniging voor katholiek en interconfessioneel voortgezet onderwijs in Arnhem e.o.). Later voegden het Nederrijn College te Zevenaar (1973) en de Sint Maarten MAVO te Lobith (1988) zich bij de vereniging. Het doel van de vereniging was het bevorderen van het Katholiek Voorbereidend Wetenschappelijk en Algemeen Voortgezet Onderwijs in Arnhem e.o. en het oprichten en in stand houden van katholieke en later ook interconfessionele scholen. Dit alles volgens de algemene richtlijnen voor het onderwijs vastgesteld in overleg met de Nederlandse Katholieke Schoolraad. De vereniging bestond uit: het hoofdbestuur, de centrale ledenraad en de afdelingen. De vereniging werd op 1 januari 1995 opgeheven.

1946-1995Het archief bevat vergaderstukken van het hoofdbestuur, het dagelijks bestuur, de centrale ledenraad, en van de besturen van de aangesloten scholen. Voorts financiële stukken van de aangesloten scholen, stukken betreffende samenwerkingen en fusies, en correspondentie van de ALVO en van aangesloten scholen, stukken betreffende het beheer van gebouwen en het implementeren van nieuwe wetgeving (o.a. ziekteverzuim, wachtgeldregelingen). Het archief bevat geen stukken van vóór 1945.JaALVO.pdfALVO2021-02-03
Acht Mei Beweging
(Info)

De Acht Mei Beweging kwam voort uit het Platform Initiatieven Pausbezoek (1984), een bundeling van kritische katholieke organisaties. Dit platform organiseerde op 8 mei van dat jaar een eerste manifestatie in Den Haag en dit resulteerde in de oprichting van de Stichting Acht Mei Beweging, een samenwerkingsverband van bijna 100 organisaties, die jaarlijks een manifestatie organiseerde. Bezoekers waren in de eerste jaren meer dan 10.000 kritische en progressieve katholieken, zowel leken als religieuzen, die een andere visie van de Kerk bepleitten op het gebied van o.a. kerkelijke hiërarchie, celibaat, mensenrechten, anticonceptie, positie van vrouwen, seksuele geaardheid, liturgie, oecumene en Derde Wereld. De relatie met de bisschoppen bleef moeizaam. In 2003 was de belangstelling voor deze thema’s, door vergrijzing en ontkerkelijking, zodanig teruggelopen dat de beweging werd opgeheven.

1980-2005Stukken over het Platform Initiatieven Pausbezoek, over manifestaties, activiteiten, projecten, standpunten, organisatie en beleid van de Acht Mei Beweging, over financiën, studiedagen, conferenties en cursussen, over contacten met andere organisaties en bewegingen, alsmede vergaderstukken en verslagen van de verschillende besturen, commissies en raden, correspondentie en brieven (o.a. met de bisschoppen), statuten, adressenlijsten, programma’s en publicaties van en over de Acht Mei Beweging.JaAMB.pdfAMB2021-11-25
Algemene Thuiszorg In Samenwerking, Vereniging1977-1993  ATIS.pdfATIS2020-12-19
Arnolds, A.L.M.
(Info)

Alfonsus Leonardus Maria Arnolds (Bergen op Zoom 1913 – Bunnik 1996) studeerde aan de Katholieke Economische Hogeschool en trad in 1939 in dienst van het R.K. Werkliedenverbond. Vanaf 1946 was hij docent aan het A.C. de Bruijn-instituut, vormingscentrum van de Katholieke Arbeiders Beweging. Hij schreef onder meer Sociale opgang over de geschiedenis van de katholieke arbeidersbeweging. In 1963 werd hij algemeen adviseur van de KAB. Als zodanig hield hij zich bezig met beleidsvragen van langere termijn, zoals de structuurwijziging van het KAB naar het Nederlands Katholiek Vakverbond, waarbij hij een radicale visie op maatschappijhervorming voorstond. Ook de vraag van de confessionaliteit van de vakbeweging hield hem bezig. Het NKV-visieprogramma Een visie ter visie (1975) droeg zijn stempel en legde de basis voor besprekingen met het NVV, wat uiteindelijk leidde tot de fusie van NKV en NVV tot FNV.

1933-1978Lezingen en publicaties van derden, dossiers met krantenknipsels op onderwerp. Stukken betreffende diverse commissies waar Arnolds lid van was of bij betrokken was. ARNO.pdfARNO2021-05-17
Agnes Nolte Stichting
(Info)

De Agnes Nolte Stichting hield zich in de jaren zestig bezig met bouwprojecten in Utrecht en Nijmegen voor de huisvesting van oudere verpleegsters.

1961-1973Stukken en artikelen over bouwprojecten en huisvesting te Utrecht en Nijmegen, verslagen van vergaderingen, brieven en correspondentie, financiële stukken alsmede adressenlijsten van het bestuur. ANS.pdfANS2021-02-12
Algemeen Nederlands Verbond1944-1946  ANV.pdfANV2020-05-12
Ariëns, E.J.
(Info)

Everhardus Jacobus Ariëns werd geboren in 1918 in Wijk bij Duurstede. M.i.v. 1935 studeerde hij scheikunde en farmacologie aan de Rijksuniversiteit Utrecht. Na een onderbreking door de Duitse bezetting – Ariëns weigerde de door de bezetters opgelegde ‘loyaliteitsverklaring’ te ondertekenen – zette hij in 1947 zijn studies voort. In 1950 verkreeg hij aan de Rijksuniversiteit Utrecht twee doctoraten, in de medische faculteit (farmacologie) en in de faculteit der natuurwetenschappen (scheikunde). Bij de oprichting van de medische faculteit aan de Katholieke Universiteit Nijmegen, in 1951, werd Ariëns benoemd tot lector in de farmacologie, met de mogelijkheid van een latere benoeming tot hoogleraar (deze volgde in 1954). In zijn beroepsopvatting handhaafde Ariëns een strikte scheiding tussen wetenschap en geloof. Hoewel hij tot aan zijn emeritaat (in 1984) in Nijmegen bleef en de farmaclogie daar een grote faam bezorgde – blijkend in vele nationale en internationale eerbewijzen voor zijn persoon – onderhield Ariëns met de Katholieke Universiteit een vaak gespannen relatie. Hij gaf geen afscheidscollege. Ariëns overleed in 2002 in Nijmegen.

 Niet ontsloten ARIJ.pdfARIJ2020-07-13
Albering, L.A.H.
(Info)

Leraar Nederlandse taal en geschiedenis, Lid van de Katholieke Volkspartij en lid Tweede Kamer der Staten-Generaal.

1958-1964  ALBE.pdfALBE2020-05-12
Alting von Geusau, L.G.M.
(Info)

Jonkheer Leo George Marie Alting von Geusau werd in 1925 geboren in ‘s-Gravenhage. Hij studeerde aan het grootseminarie van het aartsbisdom Utrecht in Driebergen-Rijsenburg, en werd in 1950 tot priester gewijd. Vervolgens studeerde hij in Rome, welke studie hij in 1955 afrondde met een proefschrift over de leer betreffende de kinderdoop bij Calvijn. Na enkele jaren als parochiepriester in het aartsbisdom Utrecht verbleef Alting von Geusau vanaf het begin van de jaren 1960 hoofdzakelijk buiten Nederland, aanvankelijk in Rome als journalist op kerkelijk gebied. Hij maakte zich na het Tweede Vaticaans Concilie (1962-1965) geleidelijk aan los van de Katholieke Kerk, studeerde m.i.v. 1972 in de Verenigde Staten antropologie, en was vanaf 1977 in Thailand als antropoloog werkzaam. Alting von Geusau overleed in 2002 in Chiang Mai (Thailand).

1920-1953De collectie bevat hoofdzakelijk traktaten en verhandelingen in verband met Alting von Geusaus priesterstudie, in veel gevallen voorzien van onderstrepingen en aantekeningen van zijn hand. Voor zover gedateerd, dateren de meeste stukken uit de periode 1930-1953. ALTL.pdfALTL2020-07-02
Adriaansen, M.A.
(Info)

Religieuze; studente theologie MO-A aan de Katholieke Leergangen Tilburg

1932-1971  ADRN.pdfADRN2020-05-11
Akerboom, T.H.M.
(Info)

(Priester-)student aan het groot-seminarie te Warmond en de Katholieke Theologische Hogeschool Amsterdam (KTHA). Hij werkte van 1981 tot 2006 als wetenschappelijk medewerker patristiek en geschiedenis van de theologie aan de Theologische Faculteit Tilburg. Van 2007 tot 2012 was hij universitair docent religiegeschiedenis van het christendom aan de Universiteit van Tilburg binnen de Faculteit Geesteswetenschappen.

1967-1985De archivalia hebben betrekking op zijn studietijd en omvatten dictaten, tractaten en scripties over theologie en godsdienstleer. AKER.pdfAKER2020-08-22
Alting von Geusau, W.A.M.
(Info)

Jonkheer Willem A.M. Alting von Geusau werd geboren in 1928. Hij werd in 1953 tot priester gewijd in de orde van de Franciscanen, waarbij hij de kloosternaam Ludolf aannam. M.i.v. 1967 studeerde hij in de Verenigde Staten pastorale psychologie. Terug in Nederland gaf Alting von Geusau tussen 1970 en 1973 cursussen voor RK pastores (Klinische Pastorale Vorming). Voor individuele cursusdeelnemers trad hij op als supervisor. Hij was tevens lid van de Raad voor Klinische Pastorale Vorming, tot 1977. In 1973 nam Alting von Geusau afscheid van orde der Franciscanen. Hij was nadien werkzaam als (onder meer) docent en therapeut. Alting von Geusau overleed in 2020.

1965-1977De archivalia omvatten verslagen, publicaties en andere stukken i.v.m. de werkzaamheden van Alting von Geusau als cursusleider en supervisor ten dienste van RK geestelijken, met name in het kader van de (Raad voor) Klinische Pastorale Vorming, in de periode 1965-1977 ALTW.pdfALTW2021-07-27
August de Meijer- van Delft, C.T.M.
(Info)

Constantia Theresia Maria van Delft (Tilburg 1916), huwelijk met August de Meijer (Tilburg 1941). Geen nadere gegevens bekend.

 Betreft een verzameling reisverslagen AUGM.pdfAUGM2020-06-26
Asselbergs, P.A.A.M.
(Info)

P.A.A.M. Asselbergs (Bergen op Zoom 1916 – Oosterhout 1988), was priester van het bisdom Breda (1940). In 1942 werd hij mede-directeur van de Katholieke Actie. Na de oorlog was hij conrector van het pensionaat te Etten en rector van het pensionaat te Dongen. Van 1971 tot 1981 was hij pastoor van de St. Laurentiusparochie in Dongen.

1944-1988De verzameling bevat stukken betreffende zijn aanstellingen en zijn werkzaamheden als leraar. Het merendeel van de verzameling betreft foto- en dia-materiaal van zijn (kunsthistorische) reizen in Zuid-Europa en betreffende de familie Asselbergs. Dit materiaal wordt beheerd door de afdeling Beeld en Geluid. ASSE.pdfASSE2021-02-09